Geef Alexis Tsipras zijn schuldherschikking

Koen De Leus, econoom bij KBC, zegt vandaag in De Tijd geen opflakkering van de eurocrisis te verwachten. Hij reageert daarmee op de mogelijke financiële gevolgen van het wegstemmen van Stavros Dimas als mogelijke president. Daardoor vinden eind januari wellicht vervroegde parlementsverkiezingen plaats in Griekenland. Het ziet er naar uit dat het flink-linkse Syriza dan de overwinning binnenhaalt.

Dat zorgt voor nervositeit omdat Syriza-leider Alexis Tsipras al meermaals heeft laten verstaan dat volgens hem de besparingsijver van de huidige coalitie voor onnodige miserie zorgt. Dat kan betekenen dat Griekenland na de verkiezingen stopt met het uitvoeren van noodzakelijke hervormingen en bijvoorbeeld opnieuw meer ambtenaren tewerk gaat stellen.

De Leus merkt evenwel terecht op dat de Tsipras van nu niet meer dezelfde hardliner is als drie jaar geleden. Met de macht in zicht, is de Realpolitik steeds meer doorgesijpeld in zijn betoog. Bovendien zit het gros van de Griekse overheidsschuld al lang niet meer in de portefeuilles van institutionele en particuliere beleggers, maar bestaat die uit leningen van het noodfonds en de eurolanden.

Tot zover enkel instemmende geluiden met de analyse van De Leus. Die stokken evenwel bij de volgende passage:

Syriza stuurt ook aan op een schuldherschikking.
Koen De Leus: ‘In theorie is dat zeker een optie. Maar het is geen wenselijk scenario. Zelfs een staking van betaling is een mogelijkheid, want de Grieken hebben – exclusief rentelasten – meer inkomsten dan uitgaven. Maar ik denk niet dat het zover komt. Een ‘default’ zou wel rot zijn voor Europa, want het zou de eerste keer zijn dat een euroland zijn betalingsverplichtingen niet nakomt.’

Ten eerste klopt de uitspraak niet dat het de eerste keer zou zijn dat een euroland zijn betalingsverplichtingen niet nakomt. Er is immers de herschikking van februari 2012 die 106 miljard euro van de Griekse schuldenberg schraapte.

Belangrijker is dat een nieuwe schuldherschikking wel degelijk wenselijk is. De Griekse schuldgraad bedraagt op dit ogenblik 175,5 procent van zijn bruto binnenlands product. Het klopt, zoals De Leus zegt, dat er een primair overschot is (zo’n 2 procent van het bbp). Er kwam dit jaar dus meer in het laatje van de overheid dan ze moest uitgeven, maar dat betekent nog niet dat de schuldpositie onder controle is. Een primair overschot betekent immers zónder rekening te houden met de rentelasten. En die zijn in Hellas bijzonder hoog.

Het is niet alleen economisch, maar ook democratisch onbegonnen werk om die zonder hulp helemaal af te bouwen. Tsipras heeft dus overschot van gelijk dat er een nieuwe schuldherschikking moet komen. De eerste van februari 2012 was too little, too late. Dat gaf ook het IMF toe in een interne nota die in 2013 uitlekte. (‘Een onmiddellijke herstructurering was goedkoper geweest voor de Europese belastingbetaler. Maar een snellere herschikking was politiek niet haalbaar omdat verschillende eurolanden zich daartegen verzetten.’)

Wat zou kunnen (en volgens mij al had moeten) gebeuren:
De kwijtscheldende landen kunnen een schuldherschikking trapsgewijs laten verlopen in ruil voor structurele hervormingen. Hoe sneller Griekenland bepaalde doelstellingen haalt, zoals het herstel van de concurrentiepositie, het terugdringen van corruptie of het hervormen van het pensioenstelsel, hoe groter het bedrag dat het niet meer terug hoeft te betalen. Dat is ook in het voordeel van de landen die er geld aan verliezen. Zolang de perifere landen blijven sukkelen, wegen ze op de economische groei van de andere lidstaten.

Waarom het nog niet gebeurd is:
In tijden waarin een land als Frankrijk met een begrotingstekort van 4,4 procent van het bbp al op het Europese strafbankje zit (er dreigt een boete in maart van 4,2 miljard euro, al zou het me sterk verbazen als de Europese Commissie na het tonen van zijn tanden ook effectief durft bijten), is het zeer onwaarschijnlijk dat lidstaten aan hun bevolking willen vertellen dat die een deel van hun geleende belastinggeld niet meer zullen terugzien.

Overigens duikt wel de rente die Griekenland betaalt op in de begroting. Dat is mooi meegenomen, aangezien die hoger ligt dan de ontleningskosten die de kredietverstrekkende landen zelf moeten betalen om hun schuldpapier te slijten. Volgens die redenering kan een land maar best zoveel mogelijk lenen aan Griekenland om zijn begroting op te smukken…

Wat er vermoedelijk zal gebeuren:
Als ik een gok mag doen: er komt effectief een schuldkwijtschelding, alleen pas naar 2020 toe. Tot dan moet Athene amper naar de obligatiemarkt aangezien het in die periode nog stevig aan het Europees infuus ligt. De Europese economie is dan in tussentijd hopelijk genoeg hersteld zodat de staatsfinanciën van de lidstaten een geleidelijke kwijtschelding kunnen dragen. Dat hoeft overigens niet eens zo pijnlijk te zijn. Door de looptijd van de leningen bijvoorbeeld te verlengen daalt de reële waarde van die schuld.

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s