De uitzichtloze tocht door het Griekse tranendal

‘Als het volk door de moeilijkheden heen kan bijten die gepaard met een politiek van stabilisatie, liberalisering en het opbouwen van instellingen, dan zal het aan de andere kant van het tranendal tevoorschijn komen in het licht van Westerse vrijheid en welvaart.’

Nee, dit is geen actuele uitspraak naar aanleiding van de Griekse ‘doorbraak’ (sta toe dat ik daar mijn reserves bij heb). Het zijn de mooie woorden die de Amerikaanse buitenlandexpert Michael Mandelbaum in 1993 neerschreef over de economische transformatie van de Oost-Europese landen na de val van de Sovjet-Unie.

Hoeveel in Griekenland van die vrijheid overblijft na de Oost-Duitse curatele (in de woorden van De Tijd-commentator Kurt Vansteeland), is maar zeer de vraag.

Hoe zit het dan met die trip richting Westerse welvaart? Nou…

De innemende Carmen Reinhart, die ik in 2013 heb geïnterviewd voor De Tijd (artikel hier, filmpje hier) over de schuldproblemen in de eurozone, doet in een recent verschenen working paper een deprimerende vaststelling:

‘Als de projecties voor de komende jaren ongeveer juist zijn, dan zal het bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking (bbp per capita) in Griekenland pas na 2020 weer op het niveau van vóór de crisis belanden.’

Een echt verloren decennium dus.

Een tranendal werkt enkel louterend als er aan het einde vrijheid en welvaart lonkt. Het Europese plan dat nu op tafel ligt, legt uit (begrijpelijk) wantrouwen de vrijheid van de Griekse regering aan banden, en belooft het Griekse volk dat er op lange termijn welvaart komt.

Een hoopvol perspectief is dat niet, daarvoor is de pijn te concreet en zijn de voordelen te vaag. De crediteurs tonen het Griekse volk maar één hand, en dat is die waar de zweep in ligt.

In de andere hand moet het geschenk van clementie liggen. Wat volgens mij te vaak vergeten wordt, is dat de torenhoge schuldgraad van Griekenland (dit is de uitstaande overheidsschuld ten opzichte van het bbp, nu zo’n 180 procent) in grote mate te wijten is aan de enorme daling van dat bbp. Dat lag in 2014 een vijfde lager dan in 2010.

De economie blijft echter in de wurggreep van de schuld zolang die onhoudbaar is. Die laatste moet immers terugbetaald worden uit de welvaart die binnen een land gecreëerd wordt. Hoge terugbetalingen onttrekken middelen die anders naar investeringen – zeg maar ruimer ‘toekomstige welvaart’ – kunnen gaan. De economie zal maar herstellen als er opnieuw vertrouwen is in haar draagkracht om de resterende schulden af te betalen.

Om het Griekse volk op zijn minst een perspectief op vrijheid en welvaart te bieden, moet er daarom een forse schuldherschikking komen. Een pleidooi dat op deze blog al meermaals aan bod kwam, en dat ook Reinhart in 2013 aanhaalde:

‘Natuurlijk begrijp ik dat Duitsland geen zin heeft in het kwijtschelden van een deel van de noodleningen. Niemand die geld heeft en dat moet afstaan, staat te springen om het af te geven. Maar dat neemt niet weg dat er wel degelijk transfers moeten komen in de eurozone.’

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s