Categorie archief: Persoonlijk

Kijk, dat vind ik nou eens grappig

Charles Baudelaire (1821-1867) schuwde als burgerlijke rebel de absurde gebaren niet. Zo ging de dichter wel eens wandelen met een schildpad aan de leiband om te laten zien hoeveel tijd hij wel niet had te midden van alle banale drukdoenerij.

De man heeft ook heel mooie dingen geschreven. Hieronder De albatros (eigen vertaling):

Vaak, om zich te amuseren, vangt de bemanning
Albatrossen, grote zeevogels,
Luie reisgezellen die de boot volgen
Die over de bitter diepe oceaan glijdt

Ze zijn amper op het dek gestald,
Of deze koningen van het azuur, onhandig en beschaamd,
Slepen hun grote witte vlerken als werkloze riemen
Naast hun romp met zich mee

Wat is deze luchtreiziger onhandig en machteloos!
Eens zo mooi, is hij nu komisch en lelijk,
De ene brandt zijn bek met een pijp,
De andere doet de kreupele na die ooit vloog!

De dichter lijkt op de prins van de wolken
Die de storm najaagt en lacht met boog en schutter,
Verbannen naar de grond temidden de uitjouwers
Weerhouden zijn reusachtige vleugels hem ervan te lopen.

En dat doet me dan meteen weer denken aan de legendarische uiteenzetting van de Franse stervoetballer Eric Cantona. Die speler van Manchester United moest in 1995 op een persconferentie uitleggen waarom hij een karatetrap had gegeven aan een supporter van Crystal Palace.

‘Als de meeuwen’, voorzichtig nipt hij aan een whiskeyglas water, ‘de boot volgen, dan doen ze dat omdat ze denken’, onderwijl majestueus rondkijkend in de zaal, ‘dat er sardines in zee zullen gegooid worden. Dank u.’

Cantona zelf beschreef de karatetrap als het belangrijkste moment van uit zijn carrière. ‘Ik deed het omdat ik vond dat zo’n persoon niets te zoeken heeft in een voetbalstadion. Velen dromen er van om zo iemand op zijn bek te slaan, maar ik heb het in hun plaats gedaan.’

Advertentie